Een tijdje geleden was ik zomaar wat aan het rondrijden, toen me opeens een klein bord opviel.
Het was stevig vastgespijkerd op een langs de kant van de weg staande boom en gaf een niet mis te verstane instructie hoe automobilisten aldaar dienden te parkeren.
‘Wat een mal bordje!’ dacht ik. Op mijn geestesoog verschenen beelden van auto’s die schuin ingeparkeerd waren en zo veel te veel ruimte innamen, dit tot grote ergernis van anderen die hier dolgraag hadden willen staan. Mopperende bezoekers van de net achter de weg gelegen golfbaan, die nu – och hemeltje lief – een stuk verder moesten lopen, alleen omdat een paar onverlaten hun auto niet scherp hadden geparkeerd. Zelfs zag ik de jaarvergadering van de golfclub voor me, waar het ‘parkeerbeleid’ een terugkerend agendapunt was en omgeven door soms hoog oplopende emoties.
Daarna bekroop me geleidelijk een minder vrolijke gedachte. Was dit malle gebodsbordje in zekere zin niet een vreselijk voorbeeld van de overdreven neiging in ons land om alles vast te leggen in regels, geboden en afspraken? Regels in bijvoorbeeld de zorg of het onderwijs, die zoveel nutteloze bureaucratie met zich meebrengen en veel creatieve energie weghalen. Of regels die, zoals in het bankwezen, geen echte oplossing zijn voor een dieper liggend moreel, systeem- en cultuurvraagstuk. Heel veel regels, die door toezichthouders en controlerende instanties streng gehandhaafd dienen te worden. Of, in het geval van falend toezicht, door nieuwe regels en versterkt toezicht op toezichthouders, die niet kunnen voorkomen dat weer nieuwe mazen in het regelnet ontstaan. Hoe treurig, dacht ik, dat dit alles gebeurt met het oogmerk om met elkaar de ruimte die we delen leefbaar te houden, met als paradoxale effect dat alles juist minder leefbaar wordt.
Om mijn chagrijn wat van me af te schudden besloot ik om een eindje te gaan lopen. Ik dubbelparkeerde mijn auto dwars tussen de bomen en sloeg een wandelpad in.
Joris Brenninkmeijer is coach, organisatieontwikkelaar en lid van de redactie van het Tijdschrift voor Begeleidingskunde, het praktijkwetenschappelijk blad van de LVSC.