Mijn column verschijnt rond de jaarwisseling. Een periode waarin werkend Nederland massaal vrij heeft en zich voorbereidt op de nieuwjaarstoespraak Mijn column verschijnt rond de jaarwisseling. Een periode waarin werkend Nederland massaal vrij heeft en zich voorbereidt op de nieuwjaarstoespraak van de baas. Voor de meesten van ons start pas op 6 januari het werkleven weer. Bij die start worden handen geschud en de beste wensen uitgesproken en soms goede voornemens uitgewisseld. Ik schrijf mijn verhaal tussen Kerst en Oudjaar. De kerstboom staat er nog en de zon geeft het gras een prachtige glinstering. Een mooi moment om mij, geheel in de traditie, te bezinnen op het nieuwe jaar en mijn goede voornemens te formuleren. Die traditie is overigens aan het verdwijnen. Ik hoor tegenwoordig veel mensen zeggen dat zij géén goede voornemens hebben. Dat lijkt op het eerste gezicht geen ramp want goede voornemens verdampen sneller dan vloeibaar gas. Voor voornemens op het vlak van eet- en leefgewoonten kan ik daar persoonlijk goed meeleven. Daar doe je alleen jezelf kwaad mee. Als managers met hetzelfde gemak geen voornemens formuleren als het om de ontwikkeling van hun leiderschap gaat, moet ik protesteren. Als zij zich niet voornemen om zich zelf te ontwikkelen, daalt de veranderkracht van hun organisaties en dat is slecht voor de innovatie en ontwikkeling.