Houden bedrijven die de deeleconomie prediken ons voor de gek en is het de wolf van het aloude kapitalisme in schaapskleren?
Na een periode van hosanna-verhalen over de deeleconomie steekt een steeds straffere wind van kritiek op: bedrijven die de deeleconomie prediken houden ons voor de gek en het is de wolf van het aloude kapitalisme in schaapskleren.
De uitzending van Tegenlicht was daarvan een goed voorbeeld. De discussie lijkt nu te verengen tot een discussie ‘voor’ of ’tegen’ en ‘goed’ of ‘slecht’.
Samenleving komt niet verder
Als samenleving komen we daar uiteindelijk niet verder mee. We hebben grote behoefte aan nieuwe initiatieven en innovatieve oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken, aan nieuwe diensten die onze welvaart en welzijn vergroten. Waarbij slim gebruik gemaakt wordt van de nieuwe mogelijkheden die digitalisering en verbondenheid bieden voor samenwerking op uiteenlopende manieren.Â
Als we de dynamiek van het nieuwe samenwerken begrijpen, kan de overheid indien nodig ook gericht ingrijpen als er zaken misgaan of als we als samenleving zaken anders willen. Dat dit niet eenvoudig is bleek toen de rechter oordeelde dat de taxidienst UberPOP illegaal is. Een goed voorbeeld hoe nieuwe innovatieve diensten botsen met bestaande regels. Hoe kunnen nieuwe diensten de ruimte krijgen maar tegelijkertijd publieke en collectieve belangen worden gewaardborgd?
De rol van platformen in de deeleconomie
Dankzij internet zijn er nieuwe mogelijkheden om samen te werken en te delen. Wat begon met het delen van onze gedachten en emoties is inmiddels aan een tweede leven toe: het delen van fysieke goederen en het leveren van diensten. Er zijn levendige gemeenschappen van doe-het-zelvers en peer-to-peer-delers ontstaan; nieuwe commerciële dienstverleners zijn erop zijn ingesprongen. Bestaande spelers, bedrijven en overheden, hebben geëxperimenteerd met crowdsourcing en zien nieuwe manieren om bestaande producten en diensten aan te bieden met behulp van hun klanten en een deel van de productie uit handen te geven. Opgeteld is er een heel spectrum aan mogelijkheden voor samenwerking aangeduid met verschillende begrippen: sharing economy, coproduction, collaborative economy, crowdsourcing, enzovoort.
Kenmerkend voor vrijwel al deze initiatieven is dat platformen een cruciale intermediaire functie vervullen. Ze coördineren de afstemming tussen vraag en aanbod. Ze bieden een belangrijke ondersteuning aan gebruikers. De ervaring leert dat als de ‘crowd’ het zelf doet, er al snel de klad in komt: het animo neemt af, er ontstaan losse eindjes en de continuïteit komt in het gedrang. Bovendien worden de mogelijkheden van het samen delen niet ten volle benut. Doe-het-zelven en zelf aanrommelen is leuk voor fanatieke en gecommitteerde gebruikers of kleine, hechte gemeenschappen, maar de echte potentie van de deeleconomie zit op langere termijn bij het grote publiek.
Gemak met een app
Bovendien willen we gemak: een makkelijke website of app; snel, flexibel en op maat gebruik maken van diensten en producten van hoge kwaliteit, wanneer het ons uitkomt en het liefst vrijblijvend, zonder langetermijnverplichtingen. Om dit alles economisch werkend te krijgen en duurzaam te houden zijn partijen nodig die faciliteren, organiseren, bemiddelen en zorgen voor continuïteit en indien nodig investeren in infrastructuren, denk aan: de mobiele netwerken en mobiele apparaten met al die leuke apps, betaalsystemen, wegen en meer.
Daarom springen steeds meer professionele dienstverleners in dit gat in de markt. Als platformproviders bieden zij vaak meer dan een eenvoudige website. Ze zorgen voor een marktplaats, investeren in een (fysieke) infrastructuur, doen aan marketing, zorgen voor herkenbare en soms gestandaardiseerde producten, zorgen voor controle van onder andere kwaliteit en zorgen voor snel opschalen. Nuttige functies die de kwaliteit van de dienstverlening ten goede komen. In ruil daarvoor berekenen de meeste platformproviders een percentage per transactie: bijvoorbeeld per taxi-ritje of per gedownloade app. Sommigen zien deze ‘bemiddeling’ door platformproviders als een vorm van uitbuiting maar je zou het ook als een nuttige functie in de markt kunnen zien die zorgt voor continuïteit en voor banen. Platformen zorgen ervoor dat de deeleconomie duurzaam kan werken.
Platformen vragen om actie
Deze platformen brengen grote uitdagingen met zich mee voor overheden. Uber bijvoorbeeld is niet meer te beschrijven in termen van een traditionele, af te bakenen markt: het bedrijf opereert met een veelheid aan diensten over marktgrenzen heen. Afzonderlijke diensten zoals UberPop zijn nog wel te reguleren en dat gebeurt ook, elk land volgt daarin de eigen wetgeving.
Verder blijkt uit onderzoek dat ik de afgelopen jaren deed dat er diverse strategieën zijn in markt. Platformen zijn niet allemaal hetzelfde opgezet. Uber is een voorbeeld van een centraal georganiseerd platform gericht op winstmaximalisatie, net als bijvoorbeeld appstores en Blendle dat doen. De collaborative economy kent een breed spectrum: ook het open delen van gegevens, collectieven die samen een platform oprichten. De mate van openheid en toegankelijkheid voor derden, de cultuur van samenwerken: het zijn keuzes waarbij alternatieven beschikbaar zijn. De opzet van het platform is bepalend voor de toegang en economische structuur er omheen: dat bepaalt wie er profiteert bijvoorbeeld: de lokale gemeenschap of de aandeelhouders in Amerika? Zo zou je ook kunnen denken aan een groep taxichauffeurs die samen een dienst als UberPop beginnen of een lokale UperPop per gemeente die in handen is van de overheid als een regionale vervoersmaatschappij.
Kortom …
Het delen en samenwerken in onze samenleving is een groot goed. Het levert kansen op voor talloze maatschappelijke innovaties, meer betrokkenheid van burgers en meer werkgelegenheid. Daarbij hebben we continuïteit nodig, investeringen in een infrastructuur en we willen als gebruikers flexibiliteit. Daarbij kunnen innovatieve diensten en ondernemende dienstverleners een waardevolle rol vervullen naast en ter ondersteuning van burgers, letterlijk als ‘platformen’.
Laten we het debat over de deeleconomie (of wellicht beter: de collaborative economy) dus voeren in termen platformen en de dynamiek van samenwerken en concurreren daar omheen. Daarvoor moeten we terug naar onze kernwaarden en onszelf de vraag stellen hoe we publieke belangen willen borgen in onze samenleving; hoe we investeren in de infrastructuren en innovaties van morgen en hoe we daarbij de toegang van burgers en bedrijven kunnen bewaken. Dat bepaalt vervolgens hoe de spelregels rond platformen gereguleerd moeten worden. Een goed functionerende deeleconomie kan niet zonder vitale platformen!
In mijn nieuwe boek ‘De kracht van platformen. Nieuwe strategieën voor innoveren in een digitaliserende wereld’ (voor meer informatie en bestellen, klik op de link) kun je meer lezen over de innovatiedynamiek rond platformen. In het boek ontrafel ik de eigenschappen van platformen en worden de opkomst van platformen in domeinen als de zorg, de banken, de landbouw, de journalistiek en de maakindustrie besproken.
Auteur: Maurits Kreijveld