Prof. dr. Jef Syroit, hoogleraar psychologie aan de Open Universiteit, sprak op 8 juni in zijn afscheidsrede over wat de psychologie te zeggen heeft over onrechtvaardigheid in organisaties. Hoe worden kosten en baten verdeeld?
De psychologie is bij het onderzoeken van deze vraag steeds minder gaan kijken naar de uitkomsten van de verdeling (de knikkers) en steeds meer naar het proces zelf (het spel). Dus naar hoe procedures gehanteerd worden, hoe met werknemers wordt omgegaan en hoe er wordt gecommuniceerd. Syroit plaatst daar vraagtekens bij. Hoewel onderzoek laat zien dat als managers het spel goed spelen er weliswaar minder wordt geklaagd, ook wordt duidelijk dat dan onbillijkheden niet worden opgelost; de negatieve effecten worden alleen afgezwakt. Doordat het onderzoek zich zo richt op procedures, interactie en communicatie, wordt genegeerd dat het kan leiden tot een onrechtvaardige verdeling.    Â
                Â
Prestatieloon
Ook prof. dr. Paula Van Veen-Dirks (hoogleraar Accounting, Universiteit Groningen) heeft zich onlangs uitgelaten over rechtvaardigheid in het bijzonder met betrekking tot prestatiebeloning. Het lijkt rechtvaardig iemand die harder werkt en beter presteert meer te betalen. Maar per saldo vindt zij de negatieve effecten van variabele financiële beloning groter dan de positieve effecten.
Een groot bezwaar is dat het ten koste gaat van de intrinsieke motivatie. Vooral bij complexe en creatieve taken is deze motivatie belangrijk; en juist die doen zich in onze informatiemaatschappij steeds meer voor in een toenemend aantal beroepen. Doelen en prestaties van de organisatie als geheel en van individuele werknemers zijn daardoor heel lastig vast te stellen. En dus wordt het moeilijker om mensen via extrinsieke beloning te motiveren. Beter dan ‘doelen formuleren, meten en afrekenen’ is het om de intrinsieke motivatie aan te spreken.
Vergiftigde organisaties
Van Veen-Dirks waarschuwt dat een te sterke nadruk op een prestatie-afhankelijke beloningstructuur organisaties kan ‘vergiftigen’ of op z’n minst ‘verschralen’. Is die nadruk heel groot, dan kan de drang tot scoren leiden tot minder fraaie dingen: collega’s een hak zetten of resultaten oppoetsen. Daarom is het beter te zoeken naar een betere balans tussen het stimuleren van extrinsieke en intrinsieke motivatie.Â