Hardwerkende managers ongezond? Integendeel. Nederlandse topbestuurders sporten regelmatig, slapen goed en letten op wat ze eten. Het werk dat ze doen vormt daarbij eerder een energiebron, dan een energieslurper. Dit alles blijkt uit onderzoek van The Executive Network naar de levensstijl van topbestuurders
Dit search- en interimbureau voor topposities in de financiële- en zakelijke dienstverlening voelde 222 bestuurders van grote bedrijven en instellingen (waarvan 61% beursgenoteerd) aan de tand over hun werkdruk, fitheid en gezondheid. De resultaten laten een heel ander beeld zien dan het cliché van de oververmoeide workaholic. De Nederlandse topbestuurder heeft qua lifestyle meer weg van een topsporter.
Werkdruk stimuleert de topbestuurder
Topbestuurders werken hard en maken lange dagen. Bijna tweederde (62%) werkt dagelijks acht tot elf uur, een derde zelfs elf tot vijftien uur. Een kwart van de ondervraagden heeft slechts één vrije dag per week. Uit onderzoek van The Executive Network blijkt dat het vooroordeel dat bestuurders door die enorme werkdruk niet fit zijn onjuist is. Maar liefst 72% van de topmanagers vindt zichzelf fit, 97% beschouwt het zelfs als een voorwaarde om het werk optimaal te kunnen doen. De vaak zeer hoge werkdruk heeft invloed op het leven van de manager, maar volgens 58% is het vooral een stimulerende factor. De ondervraagden geven aan dat ze juist vanwege hun verantwoordelijke baan en drukke agenda, een gezonde levensstijl nastreven. Net als topsporters zoeken ze de juiste balans tussen presteren en gezond leven.
Vakantie en sport belangrijk voor de topbestuurder
Dat behalve inspanning ook ontspanning essentieel is, begrijpen Nederlandse managers heel goed. Met 42% neemt iets minder dan de helft meer dan 25 vakantiedagen per jaar op, nog eens 40% neemt jaarlijks 21 tot 25 dagen rust. Ook lichaamsbeweging staat hoog op de agenda van topbestuurders. Ruim tweederde (68%) beweegt regelmatig; vooral golf, fietsen en hardlopen zijn populair. Verder is de nachtrust heilig, of dat nou thuis of tijdens een zakenreis is. Een derde van de ondervraagden slaapt zeven tot acht uur per nacht, nog eens 59% vijf tot zeven uur. Toch kan het allemaal nog net wat gezonder. De Nederlandse topbestuurder geeft aan de fitheid te kunnen verbeteren door meer te sporten (43%), gezonder te eten (23%) en langer te slapen (16%). Slechts een klein deel (9%) geeft aan dat minder stress een bijdrage zou kunnen leveren.
Bedreigingen
De huidige marktomstandigheden eisen meer kwaliteit aan de top dan vroeger. Terwijl diezelfde omstandigheden in de hand lijken te werken dat de kwaliteit, als gevolg van een mindere fitheid, juist afneemt, zegt Jan Rapmund, partner van The Executive Network, in een commentaar op het onderzoek.
Om enkele bedreigingen voor een gezonde levensstijl in de top op een rijtje te zetten:
– lange werkdagen (en -avonden);
– frequent restaurantbezoek;
– bovengemiddelde stress (zowel qua workload als qua omstandigheden);
– bovengemiddeld intercontinentaal vliegen en dus klimaatwisselingen en tijdverschillen;
– agenda's die grotendeels door de setting (en dus niet door de persoon zelf) worden bepaald;
– weinig feedback (en dus correctie) door de omgeving.
Topsport of roofbouw?
Regelmatig vergelijken topmanagers hun baan met topsport. De meeste hebben zelf geen topsport bedreven en kunnen dus eigenlijk moeilijk vergelijken. Jezelf afbeulen wordt al snel verward met topsport. Immers, topsporters verzorgen zich goed. Het trainingsschema, het voedingsprogramma, de psychologische bijstand, het middagdutje, het draagt allemaal bij tot gunstige omstandigheden die topsport onderscheiden van roofbouw.
Topmanagers worden niet geselecteerd op hun fysieke kwaliteiten maar vooral op leiderschap, intelligentie, werklust, kennis en strategisch inzicht. Deze kwaliteiten laten onverlet dat de bezitter er van te weinig aandacht kan geven aan een fit lichaam. 'Vanuit mijn werk als headhunter', schrijft Jan Rapmund, ' zie ik regelmatig te weinig fitheid. Het besef dat dit beter zou moeten, is doorgaans wel aanwezig en is regelmatig onderwerp van actie. Mensen die doordringen tot de top hebben vermoedelijk meer dan gemiddelde discipline. Als excuus waarom er toch geen actie volgt, worden de hierboven genoemde bedreigingen het meest genoemd, regelmatig aangevuld met de ontboezeming dat het vlees zwak is. Vaak wordt ook geconstateerd dat de turbulente omstandigheden van de laatste jaren er (mentaal en daarna lichamelijk) extra inhakken. Men eet verkeerd, slaapt niet goed, sport te weinig en ondervindt stress.'
'Uitgaande van de stelling dat fitte personen betere beslissingen nemen en een beter voorbeeld voor hun omgeving zijn, is er veel te winnen. Het zal nooit in exacte cijfers uitgedrukt kunnen worden maar ik ben er van overtuigd dat een deel van de deconfitures van de afgelopen jaren mede is voortgekomen uit het niet fit zijn van de beslissers. Feitelijk kunnen we ons dat als samenleving niet permitteren.'
Programma's
Rapmund: 'Gelukkig zijn er inmiddels programma's die specifiek op het hoogste niveau zijn gericht. Het enthousiasme van de deelnemers is groot hoewel het ijs nog dun is. Ik pleit voor een structurele aanpak en voor een vaste verankering van dit onderwerp in de agenda's van RvB, RvC en HRM. Fitheid zal de komende jaren meer en meer selectie-criterium worden. Net als bij topsport.'
Bronnen: persbericht en commentaar van Jan Rapmund op The Executive Network.
Leestip
Een betere balans tussen voelen, denken en doen.