Hoe doe je internationaal zaken terwijl grenzen gesloten dreigen te worden en het protectionisme groeit?
Topmanagers haasten zich om zich aan te passen aan een wereld die niemand een paar jaar geleden voor mogelijk had gehouden. Traditionele pijlers van het vrijemarktdenken wankelen (de VS: Trump, de VK: Brexit), en China positioneert zich als trouwste verdediger van globalisering. Managers weten niet goed of ze zich moeten terugtrekken uit een of meer buitenlanden, of ze hun strategie moeten veranderen of op koers moeten blijven. Pankaj Ghemawat, auteur van The laws of globalization en onder andere directeur van het Center for the Globalization of Education and Management (NYC University), betoogt dat zij zich eerst en vooral twee dingen moeten realiseren. Eén: de mondialisering is veel minder sterk dan vaak wordt aangenomen. En twee: zelfs bij dreiging van een handelsoorlog zijn de internationale handel en investeringen nog steeds te omvangrijk om ze te verwaarlozen.Globalony
De hoeveelheid internationale activiteiten (afgezet tegen nationale) wordt overschat, zelfs door ervaren executives. De mate waarin internationale activiteiten op de mondiale markt gericht zijn (in plaats van op lokale markten) wordt onderschat. Ghemawat countert deze globalony met twee ‘wetten’:- De wet van semi-globalisering: de internationale businessactiviteit is veel minder intensief dan de nationale.
- De wet van afstand: internationale interactie wordt getemperd door culturele, administratieve, geografische en vaak ook economische verschillen.
Globaliseringsopties: waarop concurreer je?
Bedrijven die meer mondiale aanwezigheid ambiëren, moeten goed nadenken over hoe ze kunnen concurreren:- Aanpassing: je inkomsten en marktaandeel een boost geven door je producten en diensten op maat van de lokale smaak en behoeften te snijden.
- Aggregatie: schaalvoordeel behalen door ook activiteiten te ontplooien in regionale (Europa, VS) of mondiale markten.
- Arbitrage: verschillen in arbeidskosten, belastingregimes enzovoort exploiteren.