Je ziet ze meer en meer: adviseurs die een organisatie letterlijk van binnenuit moeten veranderen. Wat kenmerkt deze interne adviseurs en hoe kijken ze tegen hun vak aan? Om hier achter te komen deed Management & Consulting samen met House of Performance onderzoek.
De onderzoekers spraken 180 interne, externe en interim-adviseurs. De externen waren gemiddeld hoger opgeleid (universiteit), langer in functie (ruim 11 jaar), en werkten duidelijk minder vaak voor grote (meer dan 1000 man personeel) organisaties. Maar vooral viel het verschil in werkbeleving op tussen interne en externe adviseurs. De meeste respondenten gaven weliswaar aan dat ze tevreden zijn met en trots op hun werk, en dat ze er energie van krijgen, maar de interne adviseurs scoorden op al deze punten consistent lager dan hun externe en interim-collega’s. Dat geldt trouwens ook voor het onderdeel ‘excelleren in het werk’. Daarnaast viel op dat internen minder betrokkenheid, passie en waardering ervaren. Ook opvallend: de laagste scores op deze onderdelen waren te vinden bij (interne) adviseurs die in een intern adviesteam werken.
Soort werk
Interne adviseurs worden vaker voor HRM en Communicatie ingezet, terwijl externen en interimmers meer klussen doen op het gebied van Financiën en Strategie. Alle respondenten werken in ongeveer gelijke mate aan ‘organisatieontwikkeling’. Projecten die gericht zijn op het verhogen van de omzet gaan vaker naar externe en interim-adviseurs, projecten met als inzet het vergroten van de medewerkerstevredenheid worden meer aan interne adviseurs toevertrouwd. De onderzoekers leiden uit dit alles af dat interne adviseurs wat meer aandacht verdienen dan ze nu krijgen. Als kanttekening geven ze aan dat de – interne én externe – adviseur ook zelf een tandje bij zou moeten zetten, met name waar het de ontwikkeling van zijn vakmanschap betreft.
Bron: Jostein van Vliet en Renée de Boo in Management & Consulting, 2014, nr. 3