Het echte leven staat vaak in schril contrast tot de idealen die ons voorgehouden worden en de gefotoshopte werkelijkheden die via de media tot ons komen. De verlangens die in ons worden opgewekt zijn verleidelijk, maar lang niet voor iedereen bereikbaar. We kunnen niet allemaal mooi, slank, slim, jong en rijk zijn. We zijn niet allemaal succesvol, bijzonder en geliefd. De verschillen tussen de succesvolle en de gemiddelde mens zijn groot.
Verschillen zijn een gegeven. Je kunt nu eenmaal niet allemaal dezelfde wedstrijd winnen. Er zijn talloze verliezende deelnemers nodig om een podiumplaats van waarde te laten zijn. Als iedere krantenjongen miljonair wordt, wie brengt de krant dan nog rond? Tegelijk krijgen we dagelijks de boodschap dat succes een keuze is en dat een gebrek aan succes verwijtbaar verliezen is. Zelfs kanker is volgens sommigen een gevecht dat je kunt winnen. Het verschil tussen boodschap en realiteit veroorzaakt onmachtig falende verliezers – losers.
Digitale spiegel
Social media maken het ons daarbij niet makkelijker. De digitale spiegel vertekent. Mensen schrijven hun succes toe aan hun prestaties, alsof mazzel en toeval daarvoor niet vaak een betere verklaring zijn. Iedereen toetst zich aan de norm van de sociale werkelijkheid. Jongeren hebben stress, omdat ze niet aan alle voorgespiegelde verwachtingen kunnen voldoen. De onmacht, het cynisme en de machteloze boosheid van de mensen met minder geluk worden zichtbaar op social media.
Niets meer missen?
Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief
Binnen organisaties doen we eveneens vaak alsof er een wereld vol kansen
bestaat, als je maar wilt. Leidinggevenden hebben steeds vaker de neiging om mensen te inspireren met hun eigen levensverhaal vol tegenslagen en vechtlust.
Met als boodschap dat als je echt wilt, het dan ook kan. Maar in feite gaat
het om zelffelicitatieverhalen, waarin niet wordt meegenomen dat er minstens zoveel gelijksoortige verhalen zijn waarin het niet is gelukt. Succes is geen keuze, het is vaak een kwestie van domweg geluk hebben.
Je hoort bij organisatieveranderingen wel eens de opmerking: ‘Je hebt altijd
een keuze. Als je niet mee wilt, dan moet je kiezen en vertrekken.’ Dat is makkelijk praten voor hen die goed zijn opgeleid en ruime kansen op de arbeidsmarkt hebben – de mensen die de verandering bedacht hebben bijvoorbeeld. Maar zo makkelijk is het voor veel mensen niet. Kiezen kost kruim en is niet voor iedereen mogelijk. Voor zo’n keuze gesteld worden, leidt tot frustratie en onmacht.
Individualisering en psychologisering
Een grote onmachtveroorzaker is, denken wij, de toegenomen individualisering en psychologisering. Het individu staat steeds meer centraal in onze westerse wereld. Het autonome, zelfstandige, mondige, geëmancipeerde individu maakt verstandige keuzen. Keuzen ten aanzien van zijn vrienden, zijn werk, zijn kleding, zijn gezondheid, zijn maatschappelijke status, zijn zelfgekozen levenseinde, zijn favoriete merk muesli, zijn geluk, zijn religie, zijn berichten op social media, zijn eigen interpretatie van de werkelijkheid en zijn onmacht.
Meer dan vroeger sta je er alleen voor. Oude verbanden zijn verdwenen, relaties zijn vluchtig geworden. Het voordeel is dat je niet meer in het keurslijf van familie, dorp of sociale groep hoeft te blijven als het knelt, het nadeel is dat je teruggeworpen bent op jezelf.
De ironie is dat een organisatie een vehikel is om topprestaties te realiseren met gemiddelde mensen.
Franse revolutie
‘Vrijheid’ was een van de waarden van de Franse Revolutie, naast gelijkheid
en broederschap. De sterke focus op vrijheid van de laatste decennia heeft geleid tot minder gelijkheid. Er zijn grotere verschillen in vermogen tussen mensen, tussen landen en tussen delen van de wereld. Het knarst en piept tussen de have’s en de have nots en tussen hoger en lager opgeleid.
Broederschap is zo mogelijk nog verder in de knel gekomen door de afbouw van de verzorgingsstaat, een overheid die haar burgers met wantrouwen tegemoet treedt (Tjeenk Willink, 2019) en het verkruimelen van het cement van de verzuiling.
Focus op het individu
Ook in organisaties is de focus steeds sterker op het individu komen te liggen. We zien dat terug in teamtrajecten, in individuele ontwikkelprogramma’s, in leiderschapstrajecten, in motivational speeches van bestuurders. De boodschap is dat je door je eigen kwaliteiten te versterken ook de organisatie beter maakt. We zetten duizenden individuele coaches1 in op evenzovele individueel gedefinieerde vraagstukken.
De ironie is dat een organisatie een vehikel is om topprestaties te realiseren
met gemiddelde mensen. De paradox is dat de focus op individuele prestaties het collectieve verkleint. Door te sturen op het individu, ondergraaf je de focus op het collectief en daarmee de mogelijkheid om de organisatie als vruchtbare bedding voor gemiddelde mensen te laten functioneren. Tegelijk wordt het individu hiervoor wel verantwoordelijk gehouden. Dat soort dubbelzinnigheden veroorzaakt onmacht.
Bron: Onmacht
Door: Leike van Oss, Jaap van ’t Hek