Balanceren op de grens van uitdaging en te druk zijn, wordt veel gemakkelijker als je weet waar je voor staat en welke resultaten je wilt bereiken. Door deze rode draad raakt je werk minder snel versnipperd en weet je gemakkelijker waar je ja of nee tegen wilt zeggen.
Managers hebben een afwisselende functie, waarbij ze continu balanceren op de grens tussen de alle uitdagingen aangaan en niet uitgeblust raken. Zolang je nog overzicht hebt en de regie kunt behouden, gaat het goed en geniet je van de hectiek. Maar je balanceert op een dunne lijn. Want het gebeurt maar al te vaak dat de controle je ontglipt en de Waan van de Dag de regie overneemt. Je wordt onrustig, hebt nergens meer tijd voor en je gaat ‘drukken’ om dingen voor elkaar te krijgen. Als je dit te lang doet, raak je al gauw uitgeblust.
Druktemonster
Het ‘druktemonster’ aan de verkeerde kant van deze grens ligt constant op de loer en kan op verschillende manieren toeslaan. Dit merk je vaak pas als het al gebeurd is. Je leidinggevende stopt je nog een klus toe waardoor er te veel op je bord ligt en je steeds gehaaster moet werken om alles af te krijgen. Je gaat zo op in dat ene leuke project dat je de rest even vergeet. Juist daar loopt het in de soep en loop je achter de feiten aan. Of er worden zo veel verschillende dingen van je gevraagd dat je doorlopend moet schakelen. Hierdoor is het onmogelijk om de regie te houden en neemt de Waan van de Dag het regelmatig over.
Dit monster kost je je resultaten en je voldoening in het werk. Je raakt namelijk het gevoel kwijt dat je ergens aan bouwt. Je aandacht raakt versnipperd, je bent niet meer voldoende geconcentreerd en je kunt niet meer de kwaliteit leveren die je belangrijk vindt.
Punt op de horizon
Je hebt je niet de kunst van het balanceren op grenzen eigen gemaakt – dat is de kern van dit probleem. Met een goede balans kun je steeds de grenzen van de uitdaging opzoeken zonder dat je te veel of te lang de controle verliest.
Kijken naar een punt op de horizon is het belangrijkste bij balanceren. (Probeer het maar eens als je op 1 been staat). Je horizon als manager wordt bepaald door twee dingen. Weten waar je voor staat en bepalen welke resultaten je hiermee wilt bereiken in de situatie waar je nu zit.
Als je niet weet waar jij voor staat en waar jij naartoe wilt, word je ingezet voor het bereiken van andermans doelen. Je werk raakt versnipperd en je weet niet meer goed wat er toe doet. Hierdoor mis je de regie, de uitdaging en uiteindelijk de voldoening in je werk.
Een eigen punt op de horizon is essentieel, om goed te kunnen balanceren op de grens tussen uitgedaagd en uitgeblust. Dit zijn de twee meest belangrijke tips om dit punt te creëren:
- Weten waar je voor staat komt ‘van binnenuit’. Je kijkt hiervoor naar datgene wat voor jou enerzijds ‘ de normaalste zaak van de wereld’ is en anderzijds ‘ het meest bijzondere dat er bestaat’. Een mooi voorbeeld is een interimmanager die staat voor ‘menszinnig organiseren’.
- Welke resultaten je wilt bereiken hangt af van de context waarin je werkt. Je stemt het af op de mensen met wie je werkt, de fase waarin de organisatie zich bevindt en datgene dat door de organisatie van je verwacht wordt. De menszinnige interimmanager zal de ene keer medewerkers in een reorganisatie zoveel mogelijk stimuleren om zelf in beweging te komen en de volgende keer een MT begeleiden bij het benutten van de talenten van hun medewerkers.
Bron en meer informatie: Callista Roelofs, De Waanbrekers.