Het kan toch niet de bedoeling zijn dat het stoppen met werken tot een soort van bevrijding leidt?
Nederland keert terug van vakantie en het wordt langzaam aan weer business as usual op de werkvloer. We vertellen elkaar op het werk hoe we het dit jaar hebben gehad. Thuis laten we onze vrienden de vele jpeg-beelden zien waarmee we onze belevenissen enthousiast hebben vastgelegd. Stap voor stap gaan we over tot de orde van de dag en ervaren we de routine. Dat voelt lang niet altijd goed. Veel mensen hebben na hun vakantie een paar weken last van vage psychische of zelfs lichamelijke klachten. Door de vrije weken is het verlangen ontstaan naar een ander leven waarin het leven/werken minder ‘moeten’ en meer ‘willen’ is. Uit eigen ervaring weet ik dat dit gevoel na een week of vier weer helemaal weg is en tegenwoordig troost ik mijzelf op de terugweg al met die wetenschap.
Genieten van nomadenbestaan
Uw columnist was de afgelopen weken op vakantie in Scandinavië. Ik ben daar veel gepensioneerden tegengekomen die met hun camper of zoals de Zweden zeggen ‘Husvagn’, erop uittrekken. Zij genieten zichtbaar van hun tijdelijk nomadenbestaan en vertelden opgetogen dat zij zich bevrijd wisten van de druk van het werk. Gelukkig, grijs op reis: wat wil een mens nog meer? Terwijl ik naar de enthousiaste verhalen luisterde, bekroop mij toch het gevoel dat er iets niet klopte. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat het stoppen met werken tot een soort van bevrijding leidt? Dat pas na je pensionering het vrije leven begint omdat je niet langer de verplichtingen voelt van het dagelijks werk? Geen fijn idee als je bedenkt dat wij steeds langer door zullen werken. Dit moet toch anders kunnen?
Zittend achter het stuur langs kaarsrechte wegen met ongelooflijk veel bomen, had ik deze zomer alle tijd om te peinzen over dit fenomeen. Zou het mogelijk om een organisatie of samenwerkingsverband zo in te richten dat de mensen die daar werken niet of nauwelijks last hebben van een AHD als zij terugkomen van vakantie? En zo ja, hoe zou zo’n organisatie er dan uit zien? Wat vraagt dit van de manier van omgaan met elkaar? Wat is dan de heersende cultuur en welk type leiderschap wordt gevraagd? Naar mijn gevoel draait het in de kern om het bevorderen van autonomie. De autonomie om zelf keuzes te maken. Ik merk dat ik, als zelfstandig ondernemer, minder last heb van de AHD heb, dan in het verleden. Ik vermoed dat dit komt omdat ik nu elke dag mijn eigen keuzes kan maken. Zou het mogelijk zijn om ook in een organisaties mensen meer autonomie te geven, waardoor zij het werk anders gaan ervaren?
Zelfsturing en autonomie
Natuurlijk zijn het vragen waarop de antwoorden allang bekend zijn. Zelfsturing, autonomie en het beste uit mensen halen zijn elementen die in veel organisatie met enthousiasme worden beleden en heel vaak ook verankerd zijn in de visie en de missie. En dat zal vast ook het geval zijn geweest in de organisaties waar de enthousiaste gepensioneerde camperaars hebben gewerkt. En toch, zo blijkt uit hun verhalen, hebben zij dat toen niet zo gevoeld. Kennelijk lukt het in de praktijk lang niet altijd om die mooie visie echt te implementeren en blijven mensen een zekere beklemming ervaren als het om hun werk gaat.
Die wetenschap gaf mij deze zomer bij terugkomst een vliegende start en een zeer beperkte AHD. Er is nog zoveel te doen voor leiders en mensen die leiders willen ondersteunen in hun veranderprocessen. Als je die ambitie hebt en tot je door later dringen welke mogelijkheden er zijn, wil je nooit meer op vakantie en zeker niet permanent! Of overdrijf ik het nu een beetje?
Wim Schreuders is zelfstandig interim-manager/adviseur/coach en werkt via zijn eigen onderneming Public Servants BV voor het publieke domein. Hij heeft een brede ervaring als verandermanager in de publieke sector. Lees ook zijn boeken Meer door minder in het publieke domein en Meesterlijk Middenmanagement.