Naarmate het schooljaar ten einde loopt, nemen de twijfels bij studenten toe. Vragen over het wel of niet halen van het diploma, het eventueel verlengen van de opleiding of zelfs het overdoen van een jaar spelen steeds vaker op. Maar ook bij docenten en begeleiders groeit de onzekerheid: wat is het beste voor een student, hoeveel mag je nog verwachten en hoe weeg je persoonlijke ontwikkeling af tegen formele eisen?
In haar nieuwste column deelt Marloes Jobing-Westen, ervaren mbo-docent en coach, een persoonlijke ervaring die haar nieuwe inzichten gaf. Over twijfel, professionele intuïtie en het belang van oprechte aandacht. Herkenbaar voor iedereen die studenten begeleidt in hun leerproces.

Nu het schooljaar een beetje naar het einde loopt beginnen de twijfels bij een aantal studenten toe te nemen. Vragen over de haalbaarheid om te kunnen diplomeren, eventueel verlengen van de opleiding, jaar helemaal over doen, wat brengt het volgende schooljaar, etc. Tijdens de lessen LOB (Loopbaanbegeleiding) ploppen deze vragen steeds vaker en meer op en dit is begrijpelijk. Ook zelf merk ik dat de zomervakantie er aan zit te komen en twijfels met zich meebrengt.
Twijfels over wat het beste is voor bepaalde studenten. Wat mogen wij nog van ze verwachten deze laatste periode? Is dit ‘genoeg’ om door te gaan of te verlengen? Waar zou de betreffende student het meeste bij gebaat zijn? Veel vragen en dus ook veel gesprekken. Bij gesprekken waarbij wij twijfels hebben over de keuze die gemaakt dient te worden merk ik dat ik ook behoefte heb aan de kaders, afspraken binnen ons ontwikkelingsgerichte onderwijs. Dit vind ik eigenlijk niet zo bij mij passen. Waar komen die twijfels vandaan?
Bij een gesprek met een tweedejaars student waarbij het niet duidelijk is voel ik bij mezelf heel erg het ‘gevoel versus verstand’. Ik weet hoeveel deze student ervoor gedaan heeft maar weet ook welke ‘bagage’ zij meeneemt en hoe zwaar die ‘bagage’ is. Toch spreek ik mijn twijfels uit over de voortgang en tegelijkertijd voelt dit tegenstrijdig. Hoe nu verder? Ik besluit eens door te vragen, misschien helpt het. Met een leeg vel papier beginnen we het gesprek met; ‘Waar wordt jij heel blij van?’ en daarna ‘Wat kost jou veel energie?’. Ze begint te vertellen en ondertussen gaat ze uit zichzelf met verschillende kleuren woorden schrijven. Ik stel vragen om nog meer info te krijgen. We praten over de antwoorden op de vragen maar ook over de groep waarin ze nu zit, over de thuissituatie en over haar leven naast school. Ondertussen zet ze steeds meer woorden op papier en kiest hierbij zorgvuldig de kleuren. Dan begint ze ook kleine tekeningetjes te maken onder het praten/vertellen. Terwijl ik een poosje stil zit te kijken ontstaat er een mooi, kleurrijk geheel van woorden met tekeningetjes. Wanneer ze klaar is volgt er een diepe zucht en zegt ze ineens: “Mevrouw, ik ga ervoor en zal mijn ontwikkeling laten zien”. Ik merk dat ik even slik en vraag wat zij ervoor nodig denkt te hebben om dit te kunnen doen. Na een korte aarzeling zou ze toch graag wat extra hulp in de lessen willen. Ik vertel haar wat er nog meer mogelijk is voor hulp maar dit wil ze absoluut niet. Ik respecteer haar keuze en ze verlaat het lokaal….
Als ze weg is komt bij mij de twijfel weer boven. Is dit wel een goede keuze voor haar? Kan ik dit vertalen naar de studentbespreking? Heb ik de overgangseisen wel goed in beeld? Ergens een gevoel van zelf ‘bang’ zijn dingen niet volgens de protocollen, regels te doen terwijl ik weet dat ik mag vertrouwen op mijn intuïtie. Hoe meer ik erover nadenk hoe sterker mijn gevoel om toch op mezelf te vertrouwen wordt versterkt en uiteindelijk ‘weet’ ik bijna zeker dat het goed zal komen!
Marloes Jobing-Westen werkt als mbo-docent bij de richting pedagogisch werk/ onderwijsassistent en is daar ook intern begeleider/coach studenten Passend Onderwijs. Daarnaast is ze (beroeps)coach, coacht ze collega-docenten bij het PDG-traject en is ze teamcoach en onderwijsexpert.